Dwarsliggende kerkbesturen, omwonenden die het wijzigen van bestemmingsplannen afremmen en de onderhoudsgevoeligheid van appartementen in voormalige kerkgebouwen. Dat zijn de voornaamste obstakels bij het terugdringen van leegstaande kerken.
De sloop van een kerkgebouw is bijna altijd financieel aantrekkelijker dan er een nieuwe functie voor zoeken, zegt Koen Raats, promovendus aan de Universiteit van Amsterdam op het gebied van herbestemming van cultureel erfgoed. “Een projectontwikkelaar kan meer verdienen als hij op de plek waar vroeger een kerk stond dure appartementen bouwt, dan een kerk verbouwen tot bijvoorbeeld woningen”, legt hij uit. Met die verdiensten houdt hij ook rekening bij het bod op het gebouw. Zodat de verkopende partij financieel veelal beter af is bij sloop dan bij hergebruik van de kerk. Wat daarnaast speelt, is dat bisdommen geregeld bezwaarmaken tegen een nieuwe bestemming voor een kerk omdat ze vrezen voor oneigenlijk gebruik van zo’n voormalig godshuis. Het komt zelfs voor dat kerkgenootschappen herbestemming naar een maatschappelijke functie tegenhouden.